Jeremia 14:12

SVOfschoon zij vasten, Ik zal naar hun geschrei niet horen, en ofschoon zij brandoffer en spijsoffer offeren, Ik zal aan hen geen welgevallen hebben; maar door het zwaard, en door den honger, en door de pestilentie zal Ik hen verteren.
WLCכִּ֣י יָצֻ֗מוּ אֵינֶ֤נִּי שֹׁמֵ֙עַ֙ אֶל־רִנָּתָ֔ם וְכִ֧י יַעֲל֛וּ עֹלָ֥ה וּמִנְחָ֖ה אֵינֶ֣נִּי רֹצָ֑ם כִּ֗י בַּחֶ֙רֶב֙ וּבָרָעָ֣ב וּבַדֶּ֔בֶר אָנֹכִ֖י מְכַלֶּ֥ה אֹותָֽם׃ ס
Trans.kî yāṣumû ’ênennî šōmē‘a ’el-rinnāṯām wəḵî ya‘ălû ‘ōlâ ûminəḥâ ’ênennî rōṣām kî baḥereḇ ûḇārā‘āḇ ûḇadeḇer ’ānōḵî məḵalleh ’wōṯām:

Algemeen

Zie ook: Brandoffer, Pestilentie, Spijsoffer, Vasten, Zwaard

Aantekeningen

Ofschoon zij vasten, Ik zal naar hun geschrei niet horen, en ofschoon zij brandoffer en spijsoffer offeren, Ik zal aan hen geen welgevallen hebben; maar door het zwaard, en door den honger, en door de pestilentie zal Ik hen verteren.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

כִּ֣י

-

יָצֻ֗מוּ

Ofschoon zij vasten

אֵינֶ֤נִּי

-

שֹׁמֵ֙עַ֙

niet horen

אֶל־

-

רִנָּתָ֔ם

Ik zal naar hun geschrei

וְ

-

כִ֧י

-

יַעֲל֛וּ

offeren

עֹלָ֥ה

en ofschoon zij brandoffer

וּ

-

מִנְחָ֖ה

en spijsoffer

אֵינֶ֣נִּי

-

רֹצָ֑ם

Ik zal aan hen geen welgevallen hebben

כִּ֗י

-

בַּ

-

חֶ֙רֶב֙

maar door het zwaard

וּ

-

בָ

-

רָעָ֣ב

en door den honger

וּ

-

בַ

-

דֶּ֔בֶר

en door de pestilentie

אָנֹכִ֖י

-

מְכַלֶּ֥ה

zal Ik hen verteren

אוֹתָֽם

-


Ofschoon zij vasten, Ik zal naar hun geschrei niet horen, en ofschoon zij brandoffer en spijsoffer offeren, Ik zal aan hen geen welgevallen hebben; maar door het zwaard, en door den honger, en door de pestilentie zal Ik hen verteren.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!